De fittie over de honderden manen van Jupiter (en wat dat te doen heeft met jouw PR)

Laatst schreef wetenschapsjournalist Govert Schilling in de Volkskrant over de manen van Jupiter.

Wat begon als een hoogdravend rocket science arrrrtikel, mondde bijkans uit in een ordinaire fittie tussen een gang gesjeesde Canadese astronomo’s versus een bende sterrenkijkers uit Washington-diiiesiiie.

De redactie van de Story had haar vingers erbij afgelikt, als zij het geschreven had.
Maar dat had ze niet. Govert wel.

Govert bleef heel galant. Till the end. En als tussen-de-regels-door-lezer gniffelde ik met hem mee. Want man-oh-man, die wetenschappers gunden elkaar duidelijk het maanlicht niet in de ogen. O_0

Jupiter bleek namelijk geen 79 manen te hebben, maar minstens zeshonderd of misschien wel duizenden, stelden twee Canadese astronomen “in een artikel dat geaccepteerd was voor publicatie in The Planetary Science Journal”.
Ka-boem!
1-0 voor de Canadezen, zou je denken.

Maar die Canadezen gebruikten een techniek waar die Americano’s al eerder over gerept hadden. Daarmee was het eigenlijk dus 1-1. Die eerste treffer hadden we immers over het hoofd gezien.

Het werd 1-2 voor de sterrenkundigen uit Washington toen die opmerkten:
‘In 2003 voorspelden wij al dat Jupiter een stuk of honderd maantjes moet hebben met afmetingen van meer dan 1 kilometer en vermoedelijk nog veel meer kleinere.’
En nog een schot voor open doel toen hij er subtiel aan toevoegde dat de Canadese ‘Gladman en Ashton nog geen echte ontdekkingen kunnen claimen’, want, zo vond de Amerikaan: ‘pas als je ze maanden of jaren volgt met een grote telescoop, kun je de omloopbanen (van die minimaantjes) nauwkeurig vaststellen’.
1-3

En toen kwam de laatste cowboy-killer-opmerking, waarmee hij zijn tegenstander compleet afdroogde: ‘De vraag is echter of dat veel wetenschappelijke waarde heeft.’

1-4 voor die Yankees.

En nu denk jij: ‘Leuk, Lin, dit verhaal, maar wat heeft dit nu in hemelsnaam met mijn publiciteit te maken?’
Nou, als je Goverts verhaal analyseert, weet je wie wanneer (ongeveer) een persbericht eruit heeft gestuurd.
En hoe het spel tussen sterrenkijkers astronomische wendingen neemt.
En wanneer ze wat vertelden aan de journo’s, en waar ze informatie achterhielden.
En dat journalisten, zeker wetenschapsjournalisten, echt geen Gekke Henkie zijn.
Serieuze journo’s laten zich niet zomaar voor een karretje spannen.
En zeker niet het jouwe.

Tip

Lees het artikel van Govert en bedenk wie wanneer welk bericht naar de redactie heeft gestuurd. Vertellen ze ineens het hele verhaal? Of vertellen ze het in delen? Wat leer jij hieruit?

Linda ‘sterrenstofwegpoetser’ Graanoogst, publiciteitsexpert en oprichter van MGIHN

Meer lezen?

Wil jij ook met gemak in het nieuws komen, zodat klanten naar jou toestromen? Weten hoe je dit doet? Ga dan nu naar mijn aanbod.